Metersgrote onderdelen maken is millimeterwerk
Hoe het Regionaal Techniek Centrum (RTC) in Hardenberg een belangrijke toeleverancier van jonge vakmensen voor regionale bedrijven als Machinefabriek Drabo Hardenberg kan zijn.
Bij de Hardenbergse machinefabriek Drabo Hardenberg B.V. staat Allround Verspaner-student William Wuite achter de draaibank. Hij is een grote schijf aan het maken, dat als onderdeel voor een achtbaan dient. Dit moet heel precies, het komt op de duizendste van een millimeter nauwkeurig. William: “Als je eindelijk voor elkaar hebt dat het werkt, is dat zo tof om te zien.”
William is één van de 37 studenten die op een unieke manier werkt en leert tegelijk. Bij het Regionaal Techniek Centrum (RTC) zit William maandags met zijn neus in de boeken, krijgt hij dinsdags praktijkles. Hij is de rest van de week aan het werk bij een bedrijf waar hij na zijn studie waarschijnlijk kan blijven werken. “Alle studenten die zijn afgestudeerd hebben tot nu toe een baan aangeboden gekregen bij het bedrijf waar ze tijdens hun opleiding gedetacheerd waren”, vertelt Hendrian van ’t Hof, Alfa-college docent bij het RTC. “Het RTC is een grote toeleverancier van vakmensen voor ons bedrijf. Er lopen hier al twee afgestudeerden rond. Het RTC speelt op die manier ook een belangrijke rol binnen het laten groeien en bloeien van deze regio”, gaat Drabo-directeur Renate Meulenkamp-Back verder.
Trots op een vliegende Airbus
Docent Hendrian loopt samen met student William rond in de werkplaats van Drabo Hardenberg en is als een kind in een snoepwinkel. Zijn ogen twinkelen en hij praat vol passie over de machines die hij tegenkomt: “Ik werkte een jaar of 15 geleden zelf in een vergelijkbare fabriek. Een feest van herkenning voor mij dit, prachtig die machines. Als ik een Airbus 380 zie vliegen weet ik: daar heb ik ooit een onderdeel voor gemaakt”, lacht de docent trots. Hendrian maakte de switch van vakman naar docent toen er een tekort aan docenten was en heeft daar - ondanks zijn aanhoudende verwondering binnen de fabriek - geen moment spijt van gehad. “Ik vind het mooi dat ik mijn ervaring nu kan overdragen op jonge mensen. En ik denk ook dat het voor hen belangrijk is dat er iemand voor de klas staat die zelf van de werkvloer komt. Ik kan voorbeelden uit de praktijk aanhalen, de beleving erbij vertellen. Dat werkt veel beter dan vanuit een boek.” Student William beaamt dat: “Problemen waar jij mee zit zijn docenten zelf ook tegengekomen op de werkvloer. Echt ideaal.”
Als ik een Airbus 380 zie vliegen weet ik: daar heb ik ooit een onderdeel voor gemaakt.
Onderwijs doorspekt van praktijk
Het programma dat RTC-studenten doorlopen is dan ook doorspekt van praktijk. Docenten van de werkvloer geven theorieles, instructeurs van het RTC verzorgen de praktijklessen en de rest leren studenten zelf bij het bedrijf waar ze werken. “We vinden het heel belangrijk dat onze studenten een goed en reëel beeld krijgen van de praktijk”, vertelt directeur van het Alfa-college Jurgen Grobbee. “Daarom proberen we ze zoveel mogelijk binnen een zogenoemde contextrijke omgeving hun vak te laten leren.” Bedrijven leveren input voor de lessen. Zo wordt robotisering binnenkort onderdeel binnen het curriculum en oefenen studenten nu al met 3D-printen. Student William gaat verder: “Dat vind ik echt fijn. Dat je niet alleen met je neus in de boeken zit, maar echt bezig bent. Je weet op deze manier ook veel sneller of je de juiste keuze voor een vak hebt gemaakt. Omdat je het vak al uitoefent wat je later na je studie ook gaat doen. Ja, ik heb gelukkig een goede keuze gemaakt”, lacht William.
Ik dacht dat je binnen techniek veel meer met je handen bezig zou zijn, maar veel gebeurt machinaal, automatisch of door robots. Die combinatie tussen ICT en techniek is eigenlijk precies wat ik heel mooi vind.
Combinatie ICT en techniek
Door hun vak al uit te oefenen, ontdekken studenten niet alleen of ze de juiste studiekeuze hebben gemaakt. Ze zien ook gelijk dat techniek misschien wel heel anders is dan ze hadden verwacht. En op welk vlak ze zich graag willen specialiseren. Student William: “In het begin dacht ik: ik ga naar Drabo Hardenberg om te leren frezen. Maar toen ik hier kwam, zetten ze me eerst achter de draaibank. Ik ontdekte dat ik draaien toch ook wel heel leuk vond.” En zijn verwachtingen van techniek? “Ik dacht dat je binnen techniek veel meer met je handen bezig zou zijn, maar veel gebeurt machinaal. Automatisering en robots nemen steeds meer handenwerk over. Maar die combinatie tussen ICT en techniek is eigenlijk precies wat ik heel mooi vind. ICT heeft me altijd al geboeid, ik was al bezig met programmeren en ontwikkelen. Met computers kun je alles doen. Zien dat een robot iets maakt wat ik heb bedacht, vind ik heel gaaf.”
Steeds meer robots
Gelukkig maar, want robots zullen de studenten veel meer gaan tegenkomen in hun toekomstige werk: “Innovatie speelt een hele belangrijke rol binnen ons bedrijf en deze sector. We zijn steeds meer bezig met onbemand werken, robotisering, high speed frezen. En we gebruiken bijvoorbeeld een gereedschapbeheerssysteem en apps om het productieproces te stroomlijnen”, vertelt Drabo Hardenberg-directeur Renate Meulenkamp-Back. “Jongeren zijn al heel veel met telefoons en high-tech bezig. Jonge mensen helpen ons met de nieuwste innovaties, wij helpen ze met werk. Waardoor ze ook in de regio kunnen blijven wonen.”
Maakindustrie in Hardenberg
Dat laatste is heel belangrijk om de regio sterk te houden. “Er is van nature een grote maakindustrie in Hardenberg”, vertelt docent Hendrian. “Daarin moet je blijven innoveren, anders mis je de boot en verlies je de opdrachten aan het buitenland, of aan andere concurrenten.” Gelukkig is de bodem in Hardenberg vruchtbaar, volgens Drabo Hardenberg-directeur Renate: “Onze regio bestaat uit doeners, we staan met de voeten op de grond. Mensen die openstaan voor innovatie, maar ook weten van aanpakken. Het is goed om die vakmensen hier te houden. Bovendien is er genoeg werk voor ze; er zijn veel verspanende bedrijven in Hardenberg. Er valt hier een goede boterham te verdienen.”
Jonge mensen helpen ons met de nieuwste innovaties, wij helpen ze met werk. Waardoor ze ook in de regio kunnen blijven wonen.
Dat is precies wat het RTC voor ogen heeft: een springplank bieden naar een mooie carrière binnen de techniek. Dat kan een baan als allround verspaner zijn, zoals William. Of een andere discipline binnen de techniek: “We leiden ze breed op”, vertelt docent Hendrian. “Dat is denk ik een plus ten opzichte van reguliere BBL-opleidingen, waarbij je maar één dag les krijgt en vier dagen werkt. Tijdens die extra praktijkdag sturen we op basiskennis, zodat ze later veel kanten op kunnen.”
Nieuwe beroepen
Hoe dat ‘later’ er dan uitziet? Dat is moeilijk te zeggen, volgens docent Hendrian: “Sommige trendwatchers zeggen dat de beroepen van over 30 jaar nu nog niet bestaan. Daarom proberen we studenten vooral ook te laten realiseren dat ze in een sector werken waar veel veranderingen aan zitten te komen. Je kunt niet meer denken: ik kan achter een machine staan, nu ben ik klaar met leren. Techniek gaat altijd vooruit. Het vak zal wel blijven bestaan, want er blijven altijd onderdelen nodig voor machines, maar de manier waarop verandert.”
Vooral verwondering
Wat de toekomst ook mag brengen, voor nu worden alledrie nog altijd heel blij van de transformaties waar ze elke dag getuige van zijn: van een groot blok staal naar een onderdeel, waardoor een machine gaat werken. “Je moet niet alleen voor techniek kiezen omdat het een innovatief vak is, of omdat er veel werk in te vinden is. Je moet het vooral doen omdat je het leuk vindt”, sluit directeur van het Alfa-college Jurgen Grobbee af.
